Welke sociale voorzieningen heeft een kerkelijk werker in ieder geval recht op?

Het sociale verzekeringsstelsel biedt op het gebied van pensionering, overlijden en arbeidsongeschiktheid basisvoorzieningen aan die gelden voor alle in Nederland ingezetenen of voor alle werknemers. In dit artikel komen deze sociale basisvoorzieningen aan de orde.

De Algemene Ouderdomswet (AOW)
Elke ingezetene van Nederland bouwt een AOW-uitkering op. Hiervoor wordt gedurende 50 jaar vóór de AOW-gerechtigde leeftijd premie betaald. Meestal gaat dit via de loonbelasting die wordt ingehouden door de werkgever, uitkeringsinstantie of onderwijsinstelling. Zo wordt elk jaar 2% van de uitkering opgebouwd die men maandelijks ontvangt Vanaf het moment dat men de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt. Tot 2015 was er een toeslagregeling voor personen van 65 jaar en ouder met een partner die de AOW-gerechtigde leeftijd nog niet hadden bereikt. Door deze toeslag was de uitkering maximaal gelijk aan de AOW voor gehuwden. Door overheidsmaatregelen is deze toeslag vanaf 2015 vervallen. Mensen die na 2015 de AOW-gerechtigde leeftijd bereiken en een jongere partner hebben zonder inkomen hebben dus slechts recht op de helft van de AOW voor gehuwden. Het tekort dat hierdoor ontstaat, noemen we het AOW-hiaat of het AOW-gat. Om dit tekort aan te vullen, moet de jongere partner blijven werken of er kan een aanvullende regeling worden getroffen. Onze adviseurs kunnen samen met u kijken hoe uw financiële situatie zal zijn en of er aanvullende maatregelen nodig zijn.

De Algemene Nabestaandenwet (ANW)
Elke ingezetene van Nederland valt onder de ANW. Deze wet zorgt voor een uitkering aan u en/of uw kinderen als uw partner overlijdt. Om voor deze uitkering in aanmerking te komen moet u voldoen aan een van de volgende criteria:

  • u bent meer dan 45% arbeidsongeschikt of
  • u heeft kinderen jonger dan 18 jaar (zodra het jongste kind 18 wordt, vervalt het recht op een ANW-uitkering).

Wanneer u aan één van de hiervoor genoemde criteria voldoet, kunt u in aanmerking komen voor een uitkering op grond van de ANW. Deze uitkering is inkomensafhankelijk. Dat wil zeggen dat gekeken wordt naar het inkomen van de overlevende partner en dat op basis van dit inkomen de ANW-uitkering wordt gekort. Vanaf een inkomen van ongeveer € 26.000,- bestaat geen recht meer op een ANW-uitkering. Kinderen hebben sowieso recht op een (half-)wezen uitkering op
grond van de ANW als zij niet ouder zijn dan 18 jaar. De premie voor de ANW-verzekering wordt meestal betaald door
inhouding van loonbelasting door de werkgever, uitkeringsinstantie of onderwijsinstelling.

Arbeidsongeschiktheid
Als iemand in loondienst is en arbeidsongeschikt raakt, dient de werkgever de eerste twee jaren het salaris geheel of gedeeltelijk door te betalen. Daarna bestaat het recht op een uitkering op grond van de WIA (Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen). Bent u na twee jaar gedeeltelijk arbeidsongeschikt, dan bestaat het recht op een WGA-uitkering. Hiervan is sprake als u voor meer dan 35% arbeidsgeschikt bent bevonden voor het doen van alle soorten arbeid (dus niet alleen de arbeid die u verrichtte op het moment dat u arbeidsongeschikt raakte). U heeft recht op een IVA-uitkering (regeling Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten) als u volledig en duurzaam arbeidsongeschikt
bent.

De premies voor de verzekeringen op grond van de WIA worden door de werkgever afgedragen en zijn terug te vinden op het loonstrookje. Deze verzekering is dus alleen voor werknemers. U bent als werknemer dus verzekerd voor arbeidsongeschiktheid. Wel blijkt in de praktijk dat als mensen in de WIA terechtkomen dit (na korte tijd) voor een dermate grote inkomensterugval zorgt dat het vaak niet mogelijk is om dezelfde levensstandaard te behouden die men had voordat men arbeidsongeschikt raakte.

Over de schrijver

Was dit artikel nuttig?

(0 van 0 vonden dit artikel nuttig)